zondag 2 september 2012

Les Cenci

Nee dan Stendal. Gisteravond heb ik Les Cenci uitgelezen, het boekje dat ik begin deze zomer in een boekwinkel in Arras op de kop heb getikt. De eerste paar bladzijden zijn van het koppige soort, filosofische en literair-kritische bespiegelingen over het donjuanisme, maar als hij begint met vertellen van het verhaal van Beatrix Cenci, weet je meteen: hier is een schrijver aan het woord die zijn metier tot in de puntjes beheerst. Dit is wetmatig schrijven, hier komt geen willekeur aan te pas. Geen mooischrijverij, ook geen kaalslag, maar elk woord op de juiste plaats. Totale beheersing van de effecten, en alle effecten perfect gedoseerd. De taal is fris en levendig, en toch: als in marmer gebeiteld. Een klein stukje: “L’un d’eux avait un grand clou qu’il posa verticalement sur l’oeuil du vieillard endormi ; l’autre, qui avait un marteau, lui fit entrer dans la tête. On fit entrer de cette même façon un autre grand clou dans la gorge, de facon que cette pauvre âme, chargée de tant de péchés récents fut enlevée par les diables ; le corps se débattit mais en vain. «

Geen opmerkingen:

Een reactie posten