zaterdag 29 januari 2011

Buikschuifhaai

Las terwijl ik zat te schijten een stukje in de krant over the making of Jaws. Prompt droomde ik de daarop volgende nacht over een soort pakhuis waarin ik opgesloten was en waar door een of andere snoodaard haaien werden losgelaten die blijkbaar prima konden ademen op het droge en bovendien erg vlug konden buikschuiven. Gelukkig voor mij was het zo dat telkens als ze mij te pakken kregen, de persoon die ik was of dacht te zijn, veranderde in een ander, zodat ik toeschouwer werd in plaats van slachtoffer. Erg filmisch allemaal, met als meest spectaculaire shot dat van een haai die zich met slachtoffer en al in een houten kist boorde, zoveel vaart had ie.

vrijdag 21 januari 2011

Vanwaar toch die bruine beer?

Een collega vertelt over een vriend die 70 hobby’s heeft: soixante neuf en vissen. ’s Avonds zie ik voor de zoveelste keer de reclame voor de nieuwe Volvo V60 met die prachtige zwarte panter die in de achterbak springt. ’s Nachts droom ik dat ik aan de Linge zit ergens in een weiland. Rechts van me nadert een zwarte panter, niet agressief, wel vervaarlijk. Links van me komt een grote bruine beer aangezwommen; hij klimt de oever op en ook hij komt mijn kant uit. De schemering valt in en ik voel hoe ik door lichte paniek bevangen raak. Als de twee roofdieren mij heel dicht genaderd zijn, laat ik mij zachtjes in het water vallen, zonder te plonzen.

zaterdag 8 januari 2011

Ik ben een aap

Een uurtje gelezen in de Aap en de filosoof van Frans de Waal. Hoewel ik het grotendeels met zijn stellingen eens ben, vind ik zijn argumentatie lang niet altijd even sterk. En wat te denken van deze fout tegen de logica:
“Al is het waar dat dieren geen mensen zijn, het is even waar dat mensen dieren zijn.”
Of van een bewering als:
“Als de menselijke moraal daadwerkelijk kon worden teruggebracht tot berekening en geredeneer, zouden we sterk op psychopaten lijken, die wel degelijk niets goeds in de zin hebben als ze aardig doen.”
Als je betoog zo meent te moeten onderbouwen, ben je erg verkeerd bezig.
Toch is de strekking van het boek in overeenstemming met mijn intuïtieve aannames. En ook de Schopenhaueriaan in mij heeft weinig reden om in opstand te komen. In feite verklaart Frans de Waal moraliteit op een darwinistische, genetische manier, daar waar Schopenhauer dat doet met behulp van de metafysische filosofie. De uitkomsten en conclusies zijn prima met elkaar te verzoenen.
Al zou De Waal wel gebaat zijn met wat Schopenhaueriaans schrijftalent.

vrijdag 7 januari 2011

But in that dream of death...

Het duurde een poos voordat ik in slaap viel. Maar toen ik dan eindelijk tot rust kwam, was het alsof er een zwarte vlek voor mijn ogen kwam, die uitwaaierde. Alsof mijn bewustzijn allengs werd uitgevlakt. Het was een aangename ervaring; een geheel vrijwillig wegglijden; geen behoefte om tegen te stribbelen. De ervaring had iets geruststellends. Als sterven t.z.t. zo zal gaan, niet met overgave maar veeleer met kalme instemming vervloeien, oplossen, uitdoven, dan teken ik ervoor.