maandag 10 augustus 2015

La Végétation

Was de Walging mijn eerste literaire ervaring? Ik denk het wel. Ach ik had op de middelbare school voor de lijst Turks fruit gelezen maar was het niet om de pikante passages geweest dan had ik me ook voor dat boek beholpen met een uittreksel net zoals ik gedaan had met Het bittere kruid van Marga Minco, dat dunne boekje dat voor mij nog te dik was. Nee ik moest eerst van school af om echt kennis te maken met de literatuur & de Walging van Sartre was mijn eerste echte roman. Ik was twintig en net als nu nog steeds een onnozelaar; some things never change. Behalve onnozel was ik megalomaan. Ik vond mijzelf zo bijzonder dat ik daar met een boek van getuigen wou; dat ik niet schrijven kon, nam ik maar op de koop toe. Ik ging een fictief dagboek bijhouden, lekker makkelijk. Ach ik wist wel dat de Walging ook een fictief dagboek was, maar peu importe want het mijne zou alleen in vorm overeenkomen, qua inhoud zou het totaal anders zijn. Ik denk eraan omdat ik aan het eind van het eerder genoemde “hoofdstuk”, dat waarin A.R. zijn betreurde Anny ziet vertrekken, lees hoe A.R. kond doet van zijn angst voor de natuur, voor, zoals hij het noemt La Végétation. Prachtig hoor, dat beschreven visioen van planten die met hun groene tentakels de gestorven stad komen overwoekeren, maar het drukt me, zoveel jaar na dato, ook met mijn neus op de feiten. Dat fictieve dagboek van mij (het ligt vast ergens op de vliering te vergelen op de bodem van een tas) bevatte een hoofdstuk dat ik als een hoogtepunt beschouwde, een soort van apocalyptisch (dat woord kende ik toen nog niet) visioen van oprukkende natuur, van groen dat won van grauw, ach het was im grunde nog optimistisch en romantisch ook… Sartre hield meer van de stad dan van de natuur en hier is waarom: “Dans les villes, si l’on sait s’arranger, choisir les heures où les bêtes digèrent ou dorment, dans leurs trous, derrière des amoncellements de détritus organiques, on ne rencontre guère que des minéraux, les moins effrayants des existants. » (In de steden, wanneer je je bezoek tenminste plant op het moment dat de beesten hun eten verteren of slapen, in hun holen, achter de hopen organisch afval, ontmoet je bijna uitsluitend mineralen, de minst angstaanjagende van alle bestaansvormen… vertaling door me eigen) Met mijn angstige hoofd denk ik zulke dingen nu dikwijls ook…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten