donderdag 19 juli 2012

Op reis met Arnon Grunberg

Merkwaardige droom in de nacht van maandag op dinsdag. Arnon Grunberg had me uitgenodigd naar zijn huis in Parijs te komen, van waaruit we in het gezelschap van nog andere genodigden met een touringcar richting Amerika zouden vertrekken. Het Parijs in mijn droom had weinig weg van het Parijs in de wakkere wereld, nochtans vond ik het huis van Arnon vrij eenvoudig. Het was een merkwaardig huis, erg rommelig en in een van de kamers zat een roodharig meisje van een jaar of twintig, ze was niet bijzonder mooi maar wel naakt en pas later, wanneer we met de touringcar vanuit Amerika weer huiswaarts reden, zou ik beseffen dat ik best seks met dat meisje wilde. Er waren wat belevenissen on the road die ik vergeten ben, dat heb je als je je dromen niet meteen na ontwaken noteert. Een droomscène staat me echter nog scherp voor de geest. Ik zit met Arnon op een terras en wij drinken koffie. Ik heb een fles whisky en ik vraag aan Arnon of hij een scheutje whisky in de koffie wil. Hij zegt “dat gaat zo ook wel,” pakt de fles en zet hem aan zijn mond. Ik heb lichte smetvrees en ook in mijn dromen vind ik het niet fijn als mensen uit mijn fles drinken, maar het kwaad was al geschied, dus zei ik er niets van. Dat Arnon de fles aan zijn mond zette, kwam waarschijnlijk doordat ik op maandagavond deze zin las: “Je me suis mis à boire et à tourner en rond dans la pièce. À boire à la bouteille.” De droom is gezien Parijs en touringcar sowieso een mash up van een documentaire over de veertigste verjaardag van Grunberg en Le Condottière, Georges Perec zijn jeugdroman.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten