zaterdag 26 juni 2010

Wildplasster

Werken, okay, maar soms moet je even naar buiten kijken. Afgelopen dinsdagochtend parkeerde er een auto bij de Bouwmarkt, precies naast de auto van de vrouw van de baas van de Bouwmarkt in het hoekje nabij de ingang. Er stapte een blonde vrouw uit, eind twintig, begin dertig, en ze trok een lange jas aan. “Kijk nou K,” zei ik tegen mijn collega. “De mussen vallen van het dak en die daar trekt een lange jas aan…” De vrouw liep om haar auto heen en bleef staan ter hoogte van het voorwiel, tussen de wand van de bouwmarkt en de motorkap. Haar bijrijdster, ook blond, ook eind twintig, begin dertig, deed het portier open zonder uit de auto te komen. Op de achterbank zat een kind. Toen zag ik ineens de vrouw met de lange jas niet meer, of toch, ik zag haar hoofd nog dat boven de motorkap uitstak. “Verrek,” zei ik tegen K, “krijg nou wat. Die gaat daar zitten pissen..! Die gaat daar zitten pissen op klaarlichte dag op een zonovergoten parkeerterrein! Daarom heeft ze die lange jas aangetrokken, om mensen het zicht te ontnemen op haar – nou ja je weet wel.” K. was intussen naast mij komen staan om het schouwspel niet te missen, en lachte luid. Onze wildplaster kwam overeind. De dame op de passagiersstoel deed het portier weer dicht zodat ze erlangs kon. We zagen haar naar de ingang van de bouwmarkt lopen. Ze trok haar broek goed en schudde met haar kont. De slippen van haar lange jas waren nat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten