zondag 17 juli 2011

Tree of life

Ofschoon de film alweer een week of vijf draait in het LHC, en ondanks het tijdstip: een zondagmiddag kwart over een, hartje zomer, toch nog ruim dertig mensen in de zaal om Terrence Malicks Tree of life te zien. Twee mensen lopen na ongeveer een half uur de zaal uit en even daarna verdwijnt het stelletje dat vlak voor me zat: liever dat dan dat ze uit verveling gaan zitten vozen. In de Groene wordt de film bewierookt door Willem Jan Otten, maar dat is een katholiek en een film als Tree of life is voor een katholiek natuurlijk koren op de molen. Otten zegt na wat de roodharige Maagd Maria in het begin van de film vertelt geleerd te hebben bij de nonnetjes: er zijn twee wegen te bewandelen in het leven, die van de natuur en die van de genade. Papa Pitt bewandelt de weg van de natuur, moeder Chastain (what’s in a name) die van de genade. Of om met Schopenhauer te praten: Pitt doet het willen, Chastain het door liefde verzaken. Wat de film toont of beter: verbeeldt, is dat de weg van de natuur de vermaledijde is en die van de genade, die van de liefde het ware pad. In die zin is de film programmatisch of hoe zeg je dat zonder ongeletterd over te komen? Voor Otten is dat geen bezwaar. Hij stelt dat er al genoeg filmers zijn (hij noemt o.a. Stanley Kubrick) die uit de absurditeit van het leven de conclusie trekken dat het leven zinloos is, “het bestaan een jungle, wat ons te doen staan is succes te hebben, het recht in eigen hand te nemen (…)”. Geheel toevallig heb ik afgelopen week Kubricks Barry Lyndon gezien en die film toont inderdaad aan dat het bestaan een jungle is, maar propageert toch echt niet het najagen van succes en eigen richting, want beide verschijnselen komen in de film aan bod en beide leiden alleen maar tot verdriet en ellende. Nu ik Kubricks Barry Lyndon toch heb genoemd: ik denk dat het zinnig is beide films met elkaar te vergelijken. Beide films zijn lang en episch, beide films bestaan uit prachtig beeldmateriaal en beide films hebben een bijzonder mooie filmscore. (Is het iemand opgevallen hoe toepasselijk dat stukje uit de derde symfonie van Gorecki is in Tree of life? Want ja, daarin wordt ook een gestorven zoon door zijn moeder beweend…) Verschil tussen de beide films is dat Kubrick een ironische verteller heeft for comic relief en Malick ijsklontjes. Ander verschil is dat de muziek bij Kubrick smaakvol is en voor een aangename cadans zorgt, terwijl Malick de muziek soms voor zijn karretje spant en aanwendt voor effectbejag. Maar het grootste verschil is toch dat Kubrick toont hoe het leven is (aantobben) zonder te zeggen hoe het dan wel moet en dat Malick je de weg naar het licht toont. Klinkt alsof ik op de hand van Kubrick ben en dat ben ik ook want ik vond Barry Lyndon fenomenaal, maar dat neemt niet weg dat ik vanmiddag genoten heb ik van Tree of Life mede vanwege “de lenige cameravoering”. Vooraankondigingen zijn toch op een bijbels ding? De moeder dino bij de dode baby dino. En die Brad Pitt jongens, die drukt zijn onderkaak naar voren om er meer als een stubborn Texaanse boer uit te zien. Geniaal! Zou –t- ie dat zelf verzonnen hebben? En verdomd, weer geen blote tieten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten